Pleidooi voor een nieuwe kruistocht tegen de islam
“Maar wat meer dan merkwaardig is—inderdaad, tot op zekere hoogte
pikant—is dat een oude god van storm en razernij, de lang rustig
gebleven Wodan, zou ontwaken, als een uitgedoofde vulkaan die opnieuw
actief wordt, in een beschaafd land dat de middeleeuwen al lang had
moeten zijn ontgroeid.”
Na een concilie met zijn bisschoppen hield paus Urbanus II op 27 november 1095 een toespraak op een veld bij het Franse stadje Clermont. Europeanen moesten hun gewelddadige broederstrijd staken en de wapens opnemen tegen de oosterse heidenen —Turken en andere moslims die tot het hart van Europa waren doorgedrongen. De misdaden die deze barbaren tegen de Oost-Europese bevolking pleegden rechtvaardigden volgens de paus een nieuw soort oorlog, een gewapende pelgrimstocht. Onder leiding van Godfried van Bouillon zouden deze eerste kruisvaarders alles in hun pad verslaan tot en met de bevrijding van Jeruzalem.
Hogere idealen
Vandaag zijn alle grote West-Europese steden Jeruzalem. Onze steden worden bezet door de soldaten die tevoorschijn kwamen uit het hoogzwangere Trojaanse Paard, de Mekkaanse Kameel van de grenzeloze massamigratie. De rollen tussen het geïslamiseerde West-Europa en het nog christelijke Oost-Europa zijn intussen omgedraaid. Willen we de Afrikaanse en Arabische dreiging nog verslaan, dan zullen we ditmaal onze Oost-Europese broeders om hulp moeten vragen, zoals de Byzantijnse keizer Alexos I destijds een beroep deed op het Westen.
Anders dan Amerikanen zijn Europeanen met hun vele talen als de familie die elkaar nooit spreekt, totdat de erfenis moet worden verdeeld. Die erfenis van christelijke cultuur en moderne beschaving staat nu meer dan ooit op het spel. De nalatenschap waar onze voorouders 2500 jaar lang voor hebben gevochten dreigt in handen te vallen van een barbaarse bezetter die zelfs de herinnering aan ons bestaan wil uitwissen.
De kruisvaarders vochten uit piëteit, in naam van Christus, tegen de islam en vóór de vrijheid van Europese volkeren. Onzelfzuchtig voegden ze zich bij Gods bataljons. Wordt het niet tijd om ons weer als één vuist achter zulke hogere idealen te verzamelen? Als we de culturele diversiteit die ons continent rijk is tegen islamitische homogenisering willen beschermen, dan zullen ook wij een nieuw soort oorlog moeten beginnen, een guerrilla-oorlog met beslissende veldslagen op de straten van Parijs, Amsterdam, Wenen, Londen en Berlijn.
Massamigratie als wapen
Onze steden zijn onze steden niet meer. De massa-immigratie die ver buiten Europa op gang kwam, verving op sommige plaatsen in Europa al meer dan 30% tot 50% van de oorspronkelijke stadsbevolking. In minder dan een halve eeuw veranderden complete volkswijken in islamitische of Afrikaanse getto’s. Rotterdam en Londen kregen een islamitische burgemeester, allebei loyaal aan de fascistische Moslimbroederschap.
Autochtone arbeiders, zoals de Cockneys die sinds het Industriële Tijdperk de Londense arbeiderswijken bevolkten, stierven al bijna uit. Maar wie zich zorgen maakt om zichtbare autochtone teloorgang wordt als racist weggezet. Anders gezegd: de blanke mens is zijn voortbestaan niet waard en zelfs rouwen om zijn ondergang is verboden. Het is beleid. Volgens de progressieve goegemeente moet de blanke man koste wat koste worden gestopt, omdat “de toekomst van de mensheid ervan afhangt”.
En welk wapen kunnen globalistische elites daarvoor beter inzetten dan de massamigratie? Na de gastarbeidersmigraties van de jaren zestig en zeventig, na een halve eeuw van gezinsherenigingen en explosieve aanwas, bevestigde de Europese Commissie in 2007 nogmaals dat Europa tussen nu en het jaar 2050 meer dan 60 miljoen arbeidsmigranten moet binnenlaten (rapport 2008/2331, punt 13). Tegen die tijd zullen autochtone Duitsers, Zweden, Nederlanders, Belgen, Fransen en Britten veruit de minderheid in eigen land zijn.
Vervangingspolitiek
Maar als zo veel arbeidsmigranten werkelijk nodig zouden zijn om de vergrijzing tegen te gaan, waarom stimuleert de politiek autochtone vrouwen dan niet om zelf meer kinderen op de wereld te zetten? Dat het ook anders kan, bewijzen landen als Hongarije, waar de regering getrouwde stellen 30.000 EUR belastingvrij schenkt als ze binnen tien jaar drie kinderen nemen. Zulke kosten stellen bovendien weinig voor in vergelijking met de bodemloze integratietrajecten en taalcursussen voor miljoenen asielzoekers.
Al die ‘vluchtelingen’ die vandaag te land, ter zee en in de lucht Europa binnen dropten zijn overwegend alleenstaande mannen. Ze zijn het zoontjesoverschot van primitieve culturen dat naast een baan, een huis en een auto ook een vrouw komt opeisen. De kindloze Merkel, dochter van een dominee, diende een generatie Duitse vrouwen handig als strenggelovig voorbeeld om de geplande vervanging straks zo ‘soepel’ mogelijk te laten verlopen.
West-Europese bestuurders kiezen bewust voor vervangingspolitiek. Ze noemen de migranten niet voor niets vluchtelingen in plaats van arbeidsmigranten, want zo omzeilen ze alle Europese en nationale wetgeving die economische migratie bij de grens had kunnen stoppen. Een vluchteling mag niet worden gedeporteerd en kan op humanitaire gronden aanspraak maken op bed, bad en brood. Én op een permanente verblijfsvergunning, want het is helemaal niet de bedoeling dat de nepvluchtelingen weer teruggaan om hun land op te bouwen.
Islamitische achteruitgang
Als we nu niet in verzet komen tegen onze geplande genocide, dan maakt onze beschaving plaats voor het islamitische vergif dat onze erfenis zal verteren. De massamigratie die ons economisch voordeel had moeten brengen, bracht ons miljoenen uitkeringsafhankelijke kamelenherders. De nieuwkomers kwamen voornamelijk uit de plattelandsgebieden van Noord-Afrika en het Midden-Oosten, mensen die, uitgekotst door hun eigen buren, hun achterlijkste leefwijze in ons rijke Europa willen voortzetten, tot aan sharia-rechtbanken aan toe.
Dat islam een gevaar voor westerse vooruitgang vormt, begreep de toen vijfentwintigjarige Winston Churchill al in 1899, toen hij in zijn boek The River War harde kritiek op de islam uitte. Die kritiek is nog steeds actueel, want sinds Churchill zijn observatie deed stond de islam volledig stil:
“Hoe vreselijk is de vloek
die [islam] over haar aanhangers uitspreekt! Afgezien van dweepzieke
razernij, die zo gevaarlijk is in een mens als hondsdolheid in een
hond, is er deze vreselijke, fatalistische onverschilligheid. De
gevolgen zijn zichtbaar in vele landen. Ondoordachte gewoonten,
slordige landbouwsystemen, trage handelswijzen en
eigendomsonzekerheid komen overal voor waar de volgelingen van de
profeet heersen of leven.”
Historisch gezien investeren moslims hun energie wel in groot nageslacht, in massamigratie en veroveringsoorlogen, maar niet in de economische instituten nodig om hogere beschaving te stichten. Churchill waarschuwde zijn lezers dat wanneer ze islam, “de meest achteruitgaande kracht ter wereld”, in Europa zouden binnenlaten “de beschaving van modern Europa [zou] kunnen vallen, zoals de beschaving van het Oude Rome”.
Oost-Europese inspiratie
Vorig jaar reisde ik door heel Europa, kronkelend als een slang door tientallen landen. In gesprekken viel het me op dat Oost-Europeanen —Bulgaren, Hongaren, Roemenen en andere volkeren die de islamitische overheersing al eens hadden meegemaakt —veel helderder en veel minder politiek correct over het thema massamigratie durfden nadenken. Ze lopen wat dat betreft ver vooruit op hun westerse buren.
Ja, de Oost-Europeanen migreerden onlangs zelf in groten getale naar West-Europa. Roemenië stond bijvoorbeeld meer dan 20% van haar bevolking, vooral jongeren, af aan andere EU-landen om hun de arbeidstekorten aldaar aan te vullen. Omgekeerd schuiven we zo de gevolgen van vergrijzing door naar het Oosten, een tijdelijke doch zinloze oplossing. Ook de integratie van Oost-Europeanen draaide op problemen uit, zeker wanneer zij, zoals de Polen, vooral alleenstaande mannen stuurden.
Maar Oost-Europeanen bieden een duidelijke meerwaarde boven niet-westerse migranten. Ze zijn doorgaans gelovige christenen die Europese waarden aanhangen, en ze zijn bereid die te verdedigen. Vijfhonderd jaar onderwerping aan de Ottomanen, zoals de Bulgaren meemaakten, of anderhalve eeuw culturele verwoesting, zoals de Hongaren weten te vertellen, staan nog vers in hun collectieve geheugens geprent. Schrijver Imre Kertész, socialist en Nobelprijswinnaar, kende de waarheid toen hij enkele jaren geleden schreef:
“Ik zou in herinnering
moeten roepen hoe de moslims Europa overspoelden om haar later te
veroveren, of, anders gezegd, haar te vernietigen; … over
zelfmoordliberalisme en hersenloze democratie; democratie en
kiesrecht voor chimpansees. Dit is waar de conclusie altijd op
uitdraait: de beschaving bereikt een doorgefokte toestand waarin het
niet alleen niet in staat, maar ook niet bereid is zichzelf te
beschermen; wanneer, schijnbaar zonder na te denken, het haar eigen
vijanden begint te aanbidden.”
Een tiende kruistocht?
West-Europese elites zijn inderdaad de eigen vijand gaan aanbidden, het teken van hun intellectuele onderwerping aan de dominante indringer. Oost-Europeanen worden terecht bang wanneer op kruistochten lijkende hordes Arabische en Afrikaanse indringers als zogenaamde ‘vluchtelingen’ langs hun steden marcheren, plunderend en verkrachtend op weg naar Duitsland en andere naïeve verzorgingsstaten.
Maar actie leidt tot reactie. Er is een storm op komst in Europa, de slapende beer ontwaakt. Het is tijd voor een nieuw soort oorlog, een pelgrimstocht langs de grote steden van West-Europa, een oorlog die een toekomst voor ons nageslacht moet verzekeren. Als we nu de strijd met de islam op eigen grond aangaan, dan zal de overwinning misschien wel dertig jaar op zich laten wachten. Doen we niets en steken we als fatsoensmens onze kop in het zand, dan zullen er zeker vijf eeuwen slavernij voorbijgaan voordat we onze vrijheid weer terugkrijgen.
Reacties
Een reactie posten